Alles over hechtend, niet-hechtend en zwevend bouwen – met en zonder vloerverwarming
Bij elk bouw- of renovatieproject is de juiste vloeropbouw essentieel voor een comfortabele en duurzame afwerking. De dikte van de dekvloer speelt daarbij een centrale rol, zeker als er vloerverwarming wordt toegepast. In deze blog worden de drie meest gebruikte dekvloertypes besproken – hechtend, niet-hechtend en zwevend – met praktijkgerichte richtlijnen. Die zijn onder meer gebaseerd op ISSO-publicatie 49, NEN 2741, en technische datasheets van toonaangevende fabrikanten zoals WTH en JK-Group.
De drie uitvoeringen: hechtend, niet-hechtend en zwevend
Hechtende dekvloer
Een hechtende dekvloer wordt direct op de draagvloer aangebracht. Deze uitvoering wordt toegepast wanneer de ondergrond stabiel en droog is, en er geen isolatie nodig is.
- Zandcement: minimaal 30–50 mm
- Anhydriet: minimaal 30 mm
Bij vloerverwarming is deze constructie alleen geschikt als er geen risico is op thermische spanningen, omdat scheurvorming anders op de loer ligt.
Niet-hechtende dekvloer
Een niet-hechtende vloer ligt op een scheidingslaag, bijvoorbeeld folie. Deze opbouw wordt gekozen bij risico op vocht of scheurvorming vanuit de draagvloer. Er is geen thermische isolatie aanwezig.
- Zandcement: ≥ 50 mm
- Anhydriet: ≥ 40 mm
Volgens ISSO 49 moet boven de verwarmingsbuizen minimaal 30 mm (zandcement) of 25 mm (anhydriet) dekvloer aanwezig zijn, om schade en onregelmatige verwarming te voorkomen.
Zwevende dekvloer
Een zwevende vloer rust op een isolatielaag en is losgekoppeld van de constructieve ondergrond. Dit is de standaard bij vloerverwarming op tackerplaten of isolerende onderlagen. Deze constructie voorkomt koudebruggen en draagt bij aan een gelijkmatige warmteverdeling.
- Zandcement: ≥ 70 mm
- Anhydriet: ≥ 50 mm
Ook hier moet boven de verwarmingsbuizen minimaal 30 mm (zandcement) of 25 mm (anhydriet) dekvloer aanwezig zijn, om schade en onregelmatige verwarming te voorkomen.
Renovatie met beperkte opbouwhoogte
In de praktijk kom ik regelmatig situaties tegen waarin er slechts beperkte ruimte beschikbaar is voor de vloeropbouw – bijvoorbeeld bij een bestaande betonnen vloer op zand. In dat soort gevallen adviseer ik vaak isolerende tackerplaten met aluminium toplaag. Deze bieden meerdere voordelen:
- Goede thermische isolatie van bovenaf
- Aluminiumlaag zorgt voor snellere en gelijkmatige warmteverdeling
- Relatief lage totale opbouwhoogte mogelijk
Wanneer hierop een anhydriet gietvloer wordt toegepast, is een totale vloeropbouw vanaf circa 50 mm haalbaar – inclusief buizen. Dankzij de hoge vloeibaarheid en warmtegeleidende eigenschappen van anhydriet is dit een efficiënte oplossing, zeker in renovatie.
Zandcement of anhydriet: een doordachte keuze
In de afweging tussen zandcement en anhydriet spelen verschillende factoren mee:
Eigenschap | Zandcement | Anhydriet |
---|---|---|
Warmtegeleiding | Matig | Goed |
Minimale dikte | Hoger | Lager |
Krimp/werking | Meer risico op scheuren | Minder krimpgevoelig |
Verwerking | Machinaal/handmatig | Gepompt, zelfnivellerend |
Toepassing | Binnen en buiten | Alleen binnen (vochtgevoelig) |
Afwerking | Egaliseren en daarna opschuren | Opschuren en/of special lijm |
In situaties waar snelle warmteoverdracht gewenst is of waar opbouwhoogte beperkt is, adviseer ik doorgaans anhydriet. Wanneer constructieve robuustheid of buitengebruik centraal staat, is zandcement vaak geschikter. Let ook op dat je bij anhydriet vaak moet schuren voordat je tegels of plavuizen kunt plakken.
Conclusie
De juiste keuze tussen hechtende, niet-hechtende en zwevende dekvloer hangt af van de situatie ter plaatse: de ondergrond, de aanwezigheid van vloerverwarming, akoestische of thermische eisen, en natuurlijk de beschikbare opbouwhoogte. Door nauwkeurig te kijken naar deze factoren, kan een efficiënte, duurzame en comfortabele vloer gerealiseerd worden.
Ook voor renovatie zijn er mogelijkheden, zonder dat de hele vloer verwijderd hoeft te worden. Let wel op dat altijd de voorwaarden worden gecheckt met de uiteindelijke leverancier, zoals bijvoorbeeld Gyvlon®, in verband met eventuele garanties.
Vragen over jouw vloerproject of over de toepasbaarheid van anhydriet of zandcement in jouw situatie? Of het nu gaat om nieuwbouw of renovatie, samen zorgen we voor een vloeropbouw die technisch klopt én toekomstbestendig is. Neem gerust contact op – ik denk graag met je mee.
Voorbeeldopbouw bij renovatie (totale hoogte ca. 50 mm)
1. Tackerplaat met aluminium toplaag
- Dikte: 25–30 mm (EPS-isolatie + aluminium reflectielaag)
➤ Zorgt voor thermische isolatie van bovenaf en reflecteert warmte direct omhoog.
2. Vloerverwarmingsbuizen
- Diameter: 14–16 mm
➤ Worden rechtstreeks in de tackerplaten geklemd.
3. Anhydriet gietvloer boven leidingen
- Minimale dekking: +25 mm boven de buizen (dus toplaag komt op ca. 45–50 mm totaal)
➤ Volstaat volgens ISSO 49 en WTH als je anhydriet toepast.
Totale opbouwhoogte:
≈ 25 mm (isolatie) + 16 mm (buis) + 25 mm (anhydriet) = ±50–55 mm
Anhydriet met of zonder calcium/vezel?
De meeste fabrikanten leveren verschillende soorten anhydriet, waaronder:
- Standaard anhydriet (CA) – zonder vezeltoevoeging
- Vezelversterkte anhydriet (CA-F) – met kunststofvezels of extra calcium
- Sneldrogende varianten (bijv. CA-rapid) – met aangepaste additieven
Voor renovatie op tackerplaten wordt meestal vezelversterkt anhydriet (CA-F) geadviseerd:
- Betere scheurbeheersing bij snelle temperatuurswisselingen
- Hoger krimpgedrag wordt beter opgevangen
- Betere hechting rond leidingen
Deze variant is vooral belangrijk als de vloer snel thermisch belast wordt of als er een dunne afwerklaag op komt (zoals PVC of gietvloer).
Belangrijk bij verwerking:
- Zorg voor een goede primer op de tackerplaten als de fabrikant dat adviseert (sommige alu-folies zijn slecht hechtend).
- Controleer of de tackerplaten drukvast genoeg zijn om een gietvloer te dragen zonder indrukking.
- Laat de vloer na storten goed uitharden en opstoken volgens het opstartprotocol (ISSO 49/NRP).